Proverbs 26

maar bijt uiteindelijk als een slang en spuwt gif als een adder.
1Dan ga je kijken naar dingen die niet van jou zijn, en je mond zal vuile taal spuien.
2Je voelt je dan alsof je op een schip bent en alles draait om je heen.

3 Je zult zeggen: ‘Ze hebben me geslagen en op me losgebeukt zonder dat ik iets merkte. Wanneer word ik weer wakker? Ik ben hard toe aan een slokje wijn.’

4 5Wees niet jaloers op de boosdoeners en houd je afzijdig van hen,
6in hun hart huist verwoesting en hun woorden klinken onheilspellend.
7Een huisgezin wordt opgebouwd met wijsheid en door verstand in stand gehouden,
8inzicht en bedachtzaamheid vullen het met liefde en kostbaarheden.
9Een verstandig man bezit een sterke geest en inzicht is belangrijker dan brute kracht.
10Want door goed overleg kun je de oorlog in jouw voordeel beslissen, betrouwbare adviseurs zijn de basis van de overwinning.
11Een dwaas gaat alle wijsheid boven de pet, daarom zwijgt hij in besprekingen.
12Wie van plan is iets verkeerds te doen, wordt een uitvinder van schandelijke verzinsels genoemd.
13De gedachten van een dwaas zijn zonde, de mens verafschuwt een spotter.
14Ga je door de knieën wanneer het eropaan komt, dan blijkt je kracht tekort te schieten.
15Bevrijd hen die weggeleid worden om gedood te worden, doe alles om hun leven te redden.
16Als je zegt: ‘Ik kan er ook niets aan doen,’ zal God, die de harten ziet en de diepste beweegredenen kent, dan niet beter weten? Want God zal de mensen vergelden naar wat zij hebben gedaan.
17Eet honing, mijn zoon! Want die is goed en smaakt zoet.
18Net zo zoet is de wijsheid voor jou en als je je die wijsheid eigen maakt, wacht je een beloning, je hoop op God is dan niet tevergeefs.
19Goddeloze! Loer niet op de rechtvaardige! Gebruik geen geweld tegen zijn woonplaats.
20Want de rechtvaardige kan vaak vallen, maar zal net zo vaak weer opstaan. De goddelozen zullen echter over hun eigen wandaden struikelen.
21Wees niet blij wanneer je vijand ten val komt, voel geen vreugde wanneer hij struikelt.
22Want als de Here dat ziet, kan Hij daar boos om worden en zijn toorn van je vijand afnemen.
23Wind je niet op over boosdoeners en word niet jaloers op goddeloze mensen,
24want de boosdoener krijgt geen beloning en het leven van de goddeloze is maar kort.
25Koester ontzag voor de Here en voor de koning, mijn zoon, sluit je niet aan bij rebellen en opstandelingen.
26Want zij zullen onverwacht vernietigd worden en wie weet welke straf hun wacht?

27 Ook de volgende spreuken zijn afkomstig van wijzen.
Het is verkeerd om in de rechtspraak partijdig te zijn.
28Wie een goddeloze onschuldig verklaart, wordt door de oprechte mensen vervloekt en haalt zich de woede van alle volken op de hals.
Copyright information for NldHTB